De zonneklaar
en het scheerwol liggend
voortduwend het rad
aanreiken en schenken
waar oude wijze vrouwen
in drievoud rond het Al
zitten te spinnen –verbonden
De ene zingt, zacht
van ebstroom, waterlopen
van lammetjes en lentes
voorbijgegane tijden
hield zich vast
ik herinner een lied
een fraai timbre
De tweede, dynamisch
in het midden, stellig
binnen mijn verhaal
alle wol rapend
van de stalvloer
precies op het moment
dat het net gebeurt
De derde, dat is dus
voor een apart verhaal
nog niet geschreven
en tot nu toe nooit verteld
van dingen die komen
haar stem die de tijd vasthoudt
maar zij zegt iets, nog niet
Wij wachten
op de zon, klimmend
boven op de horizon
Ik kijk diep, je ogen, toch van mij
elkaar vasthouden –ik laat je niet los
om de ochtend, daarom. Verschijningen
waar wij zien…
ons morgen
liggend;
samen
No Comments